Overzicht

Blog

Hoe Anita Kwinkelenberg racend Nederland opschudde

In 75 jaar groeide KNMV Verzekeringen uit van pionier tot koploper in motorverzekeringen. Voor ons één lange prachtige en avontuurlijke rit! In dit jubileumjaar presenteren we daarom een serie met andere bijzondere en inspirerende motorverhalen uit de afgelopen 75 jaar.

Hoe Anita Kwinkelenberg racend Nederland opschudde

Hoe Anita Kwinkelenberg racend Nederland opschudde

Ze kreeg huwelijksaanzoeken uit het hele land, stond in alle kranten en bladen. Met haar rode haren en haar lichtblauwe motorpak met daarop een donkerblauwe bikini gestikt, viel ze natuurlijk op. Anita Kwinkelenberg (71) was de eerste vrouw in Nederland die een nationale racelicentie behaalde. Ze doorbrak de regel dat vrouwen niet mochten racen.

Kwinkelenberg heeft begin jaren zeventig een droom: racen. Maar in het calvinistische Nederland is dat als vloeken in de kerk. “Tot september 1971 was het voor vrouwen zelfs verboden om een nationale racelicentie te halen. Hoewel het daarna officieel was toegestaan, werd het ontmoedigd. De KNMV vond dat vrouwen niet hoorden te racen. In het reglement stond dat alleen mannen mochten racen. Maar ook een deel van de bevolking snapte er niets van. Ik heb zelfs een brief van een moeder gekregen. Zij vroeg zich af hoe ik dit als vrouw kon doen. Maar ik ben altijd mijn eigen gangetje gegaan”, lacht Kwinkelenberg.

Crossen op het land

Zo’n tien jaar eerder, in de jaren zestig, komt de inwoonster van ’t Zand in Noord-Holland in contact met motoren. “Ik was dertien en had een vriendje met een 350cc Horex. Bij een bevriende boer op het land hadden we een circuit neergelegd met een schansje erin. Daar heb ik mijn eerste meters gemaakt.” Als ze achttien is, komt er eerder een motorrijbewijs dan een autorijbewijs. En in de kroeg maakt ze kennis met Jan Korevaar.

Jan deed zelf ook aan racen. Die vond dat natuurlijk wel interessant, een meid die ook van snelheid hield. De eerste jaren ben ik overal met hem naartoe geweest, ik kwam op alle circuits. Maar ik wilde zelf ook racen. Dat bleek in Nederland alleen onmogelijk. Het was de tijd dat vrouwen geacht werden achter het fornuis te staan en te vlammen in bed.”

Maar Kwinkelenberg is een vrijgevochten geest. Ze begint de KNMV te bestoken met brieven. Antwoord ontvangt ze in de meeste gevallen niet. “Ze deden er alles aan om te voorkomen dat ik ging racen. Maar ik timmerde zo aan de weg, dat ik zonder startbewijs al in tal van kranten stond.” Met het jaar van de vrouw voor de boeg, in 1975, kan de KNMV er niet meer onderuit. Op een circuit in Hilvarenbeek mag ze een tijdrit rijden voor haar nationale licentie. Ze eindigt binnen de tijd. “Toen konden ze me niet meer afschepen met een standaard startbewijs waarmee je alleen op Zandvoort mag rijden.”

"Wat moeten die wijven hier"

In het kader van het Jaar van de Vrouw wil Honda in 1975 met een damesteam meedoen aan de 600 kilometerrit op Zandvoort. Samen met Els Metselaar vormt ze het team. “Dat kostte best nogal wat moeite. Verschillende coureurs hadden zoiets van: ‘Wat moeten die wijven hier?’ Maar wij stonden er.”

Of ze de kwalificatietijd halen of niet, het is een beetje onduidelijk. Maar Honda heeft zoveel geld en tijd in het project gestopt, dat Kwinkelenberg (toen nog Korevaar) en Metselaar aan de start verschijnen. Kwinkelenberg: “We leerden voor de race dat we overal een meter ruimte moesten geven in de bochten, zodat de topteams ons konden passeren.” Wat niemand verwacht is dat de race een daverend succes wordt. Het ene na het andere team valt uit vanwege pech of brand. Als de finishvlag valt, eindigen Korevaar en Metselaar als dertiende in het klassement en blijken ze het vijfde team van Nederland te zijn.

"Ik was geen Wil Hartog, maar iedereen wilde een handtekening"

“Ik heb in totaal tien jaar geracet. Het ging steeds sneller en je tettert er ook wel eens hard af”, kijkt Kwinkelenberg terug. Daarbij heb ik eens mijn sleutelbeen gebroken. Komt er een man naar me toe en die zegt: ‘Zie je wel, racen is niets voor vrouwen.’ Terwijl die kerels zelf ook regelmatig wat opliepen.”

“Weet je, ik ben nooit een vreselijk groot natuurtalent geweest. Ik was geen Wil Hartog, maar iedereen wilde een handtekening van mij. Wanneer ik naar de start van een race reed, dan was het een enorme drukte om mij heen. Alleen omdat ik de enige vrouw was.”

Ondanks dat Kwinkelenberg niet vooraan meerijdt, heeft ze aan sponsors geen gebrek. “Die benaderden mij”, lacht ze. Van Lookwell kreeg ik een racepak, Dunlop sponsorde de banden en de olie, en een agrarisch bedrijf sponsorde me een bedrag per wedstrijd. Als vrouw, en met dat speciale pak, sprong ik er  tussenuit tussen die mannen."

In de paddock zorgen haar prestaties wel eens voor wat gemopper. “In die tijd werden de trainingstijden nog opgehangen op een bepaalde plek. Daar kwamen alle coureurs naartoe om te zien hoe zij getraind hadden. “Dan hoorde ik wel eens wat gevloek. ‘Staat dat wijf ook weer voor me.’ Waarom ze het me misgunden? Ik weet het niet, haantjesgedrag denk ik. Ach, er waren ook mannen die het wel leuk vonden.”

“Ik heb in ieder geval een ontzettend leuke tijd gehad. Doordeweeks waren mijn ex-man en ik aan het werk, in de weekenden waren we met de motoren bezig. Ik reed een Ducati die werd getuned door Biggelaar, een snelle machine. Als ik zelf niet aan het rijden was, dan was ik bezig met het opnemen van tijden van anderen. Die saamhorigheid en de vriendschappen in de paddock, ik heb er alleen maar leuke herinneringen aan.”

Weinig opvolgers voor Kwinkelenberg

Hoewel Kwinkelenberg halverwege de jaren zeventig ervoor zorgde dat vrouwen een nationale licentie mogen halen, zijn er nog steeds maar weinig vrouwen die dit daadwerkelijk ook doen. Ze noemt het het lot van de vrouw. “Wij hebben op den duur vaak andere prioriteiten. Veel vrouwen willen toch een gezinnetje beginnen. Maar het is wel mogelijk. Zo zijn er ook genoeg vrouwen die een topbaan hebben. Alleen zullen mannen altijd anders tegen ons aankijken dan tegen een van henzelf. Het is zoals het is, ik loop er al jaren tegenaan.”

De oud-coureur kent zelf geen meiden die willen racen. Maar als ze er zijn, dan vindt ze dat er absoluut voor moeten gaan. “Volg je hart en zorg dat je een team met de juiste mensen om je heen bouwt. Laat je niet weerhouden door je vrouw zijn. Moeder worden kan ook na je dertigste. Dat betekent dat je vanaf je achttiende jaren de sport kunt beoefenen.”

Deel deze pagina via: